vrijdag 31 augustus 2007

Zesmaal rechts



Vijftig meter van de glimmende bumper van hun auto ligt het parkeerwahalla van ze verwijderd.
Afgeschermd door twee iele rood-wit geblokte paaltjes. Sommige dingen in het leven zijn zo dichtbij en tegelijkertijd zo onbereikbaar. Zo ook parkeergarage Springweg. Ergens buiten ons zicht moet het al fout gaan. Geen aanwijzing, verkeersbord of routebeschrijving buiten de singel maakt gewag van deze stille wachters van het eenrichtingsverkeer. Eenmaal de Springweg ingereden vanaf de Lange Smee levert steevast de TomTommededeling,… ‘herberekenen’ op. Gevolgd door ga: "zesmaal rechts, eenmaal links en bestemming bereikt". Vaak heet ik TomTom als ik buiten voor de deur een kop koffie drink en de ietwat verwilderde, want verdwaalde en in tijdnood verkerende zakenman, toerist of leverancier de weg wijs.
Mocht mijn carrière ooit in het slop raken, kan ik altijd nog de eerste ‘geaccrediteerde gemeentelijk gids parkeergarage Springweg’ worden. Een goedkopere oplossing is een hufterproof verkeersbord op enkele strategische punten aan het begin van straat.

woensdag 29 augustus 2007

Dier in nood




Sigaretje roken voor de deur. De rood-witte poes van de overburen zit rustig te soezen voor zijn deur. Een dame loopt langs. Ze bekijkt de kat. Even verder valt haar oog op een briefje aan de Weeshuispoort, dat oproept mee te zoeken naar een vermiste poes. Het inmiddels al wat vervaagde fotootje laat een eveneens rood-witte kat zien. De dame blijkt van het kordate type. Ze keert om en grist de poes van de buren met een snelle beweging van de straat. Het niets vermoedende dier laat het over zich heenkomen. Een meisje met een scooter stopt en bepraat de kwestie met de kattengraaier. Onhoorbaar voor mij besluiten ze dat dit de kat MOET zijn van het briefje. Bovendien besluiten ze allebei geen tijd te hebben om de kat op te vangen of naar de eigenaar te brengen. Ze steken over en overhandigen mij het inmiddels nogal tegenspartelende dier.
Mijn verweer dat dit niet het vermiste dier in nood is, maar de kat van de buren, vindt geen gehoor. "Welnee, deze kat is al drie weken vermist. Doe niet zo lullig. Zet ‘m nou even binnen, totdat ze ‘m komen halen", zegt ze dwingend. De buurkat lijkt te begrijpen welke kant het verhaal op gaat en verweert zich nu hevig. Ik laat ‘m los en hij sprint er vandoor. Een halfhartige achtervolging door het scootermeisje wordt al gauw opgegeven. En ook de kattengraaier heeft het nu wel gezien: "Nou ja, dan niet."
Een welingelichte bron weet ons te vertellen dat aan de Springweg grofweg evenveel katten als mensen wonen.

maandag 27 augustus 2007

Lang leve de onverlaat


Het moet ons gelijk van het hart: de Springweg is een béétje een truttig straatje. De meeste huizen glimmen van de nieuwe verf. De schilder mag de kroon op zijn werk zetten door met sierlijk schrift huisnummers en namen van bewoners op onberispelijke voordeuren te schrijven. Hier geen schimmige Polen en Wit-Russen die knutselen aan het kostbare bezit, maar bedrijven van naam, met een BTW nummer en met personeel dat de originele DeWalt bouwvakkersradio per ommegaande een streepje of wat zachter zet als de buurt daar om vraagt. En reken maar dat de buurt daar om vraagt!
Zodra de truttigheid de overhand dreigt te krijgen, zijn er gelukkig altijd onverlaten voorhanden om het beeld te kantelen. Verkeersborden, amsterdammertjes en straatlantaarns krijgen er ongenadig van langs van foutparkeerders en sluipwegzoekers. Aan hun niet aflatende inspanning – waarbij het eigen kostbare blik bepaald niet gespaard wordt – is het te danken dat de Springweg een straat in de stad blijft en geen exclusief paradijsje wordt voor de gegoede burgerij.